Weten Wat Werkt-methode binnen het GRZ-project
25 mrt 2025
Twente
Wat begon als een idee in de Denktank, die vier keer per jaar door de TZA wordt georganiseerd, groeide uit tot een samenwerking tussen vier zorgorganisaties: Liberein, de Posten, Livio en ZorgAccent. Lotte Velthuis (Adviseur Zorgtechnologie en Innovatie bij de Posten) en Dineke Brouwer (Ergotherapeut & projectmedewerker Zorgtechnologie bij Liberein) vertellen over het GRZ-project, waarin de rol van zorgtechnologie binnen de geriatrische revalidatiezorg (GRZ) is onderzocht met behulp van de Weten Wat Werkt-methode.
“Vanaf het begin was duidelijk dat we met elkaar dezelfde vraag hadden: hoe kan zorgtechnologie bijdragen aan de revalidatie en de overgang naar huis?” begint Lotte. Vanuit die gedachte werd een aanvraag ingediend binnen het Integraal Zorgakkoord (IZA) en ging het project in 2024 van start. Dineke knikt instemmend. “Het doel was helder: we willen de ligduur binnen de GRZ verkorten en de eigen regie van cliënten vergroten. Maar vooral wilden we kijken naar technologieën die niet alleen in de revalidatie, maar ook in de wijk van meerwaarde kunnen zijn.”
Combinatie van technologieën
Een van de technologieën die alle vier organisaties geïmplementeerd hebben op hun revalidatieafdeling is de Compaan. De Compaan is een gebruiksvriendelijke tablet speciaal voor ouderen. Maar het project ging verder dan alleen de Compaan. “We hebben ook gekeken naar andere hulpmiddelen, zoals de BBrain – een oplossing voor dagstructurering – en een medicatiedispenser,” legt Dineke uit. “Door een combinatie van technologische hulpmiddelen kunnen cliënten thuis langer zelfstandig functioneren en wordt afhankelijkheid zoveel mogelijk voorkomen. Dat vermindert de druk op de wijkverpleging.” In februari heeft er een nulmeting plaatsgevonden en in november een éénmeting om inzichtelijk te maken welke effecten de inzet van technologische hulpmiddelen hebben op revalidanten en zorgmedewerkers op de revalidatieafdelingen. In deze metingen is ook gekeken naar de terugkeer naar huis en welke invloed de inzet van technologie hierop heeft.
Impact ligduur
Nu het project zich in de afrondende fase bevindt, is het tijd om de balans op te maken. “We zien dat er nu meer zorgtechnologie binnen de GRZ wordt ingezet dan een jaar geleden,” zegt Lotte. “Dat blijkt ook uit de Social Return on Investment (SROI)-analyse die is uitgevoerd door Roessingh Research and Development.” Dineke vult aan: “Zorgmedewerkers zijn positief over de inzet van technologie, al blijft het lastig om de exacte impact op de ligduur te meten. Daarin spelen meerdere factoren een rol. Maar sociaal gezien is de impact groot. Cliënten die digitaal vaardig zijn, ervaren meer eigen regie en zelfstandigheid. Ze hebben niet altijd een verpleegkundige nodig.” Daarin ligt volgens Lotte een kans: “Ik merk dat ouderen steeds digitaal vaardiger worden. Dat betekent dat dit soort technologieën in de toekomst nog effectiever kunnen worden ingezet.”
Waarde van Weten Wat Werkt
Bij het projectonderzoek is de Weten Wat Werkt-methode een waardevol instrument gebleken. “We hebben voor de metingen meerwaardetoetsen laten invullen door revalidanten en medewerkers,” vertelt Dineke. “Dat heeft geleid tot input voor een factsheet met inzichten waar we echt iets aan hebben.” Binnenkort verschijnt er een video met input uit de factsheet waarin de resultaten verder worden toegelicht. Ze ziet dat de methode steeds vaker wordt ingezet. “Bij Liberein wordt de Weten Wat Werkt-methode nu ook gebruikt bij andere projecten, zoals Slimme Inco. Het helpt enorm om de meerwaarde van zorgtechnologie goed te onderbouwen.”
Samen leren
De samenwerking tussen de vier organisaties was een ander sterk punt van het GRZ-project. “Je leert zoveel van elkaar,” zegt Lotte enthousiast. “We hebben bij elkaar kunnen kijken, ervaringen gedeeld en elkaar uitgedaagd om verder te denken.” Dineke beaamt dat: “Waarom zou je telkens opnieuw het wiel uitvinden? Juist door samen te werken, bouw je voort op elkaars kennis.” Terwijl ze terugblikken op het project zijn beide professionals trots op de geboekte vooruitgang. “Bij Liberein maken we nu revalidatieplanningen via de Compaan in plaats van op papier. Dat zorgt voor meer overzicht en regie voor de cliënt,” zegt Dineke. “We willen dit nog verder uitbreiden met digitale oefeningen en meer aandacht hebben voor de mogelijkheden op het gebied van videobellen, zodat familie ook op afstand meer betrokken kan blijven.” Bij de Posten oefenen cliënten meer dankzij de Compaan, wat als een mooie ontwikkeling wordt gezien.
Pas het begin
Het GRZ-project heeft echt iets in beweging gezet, concluderen beiden. Lotte: “We hopen hiermee anderen te inspireren om met zorgtechnologie verder aan de slag te gaan. Het heeft echt laten zien dat technologie een waardevolle bijdrage kan leveren in de zorg. Dit is pas het begin. We gaan hier zeker mee door. Daarnaast heeft de gekozen Weten Wat Werkt-methode ons enorm geholpen om metingen te bundelen en sneller inzichtelijk te maken.”
Beeldmateriaal bewoner met Compaan: Lenneke Lingmont
Meldingen